De Vlaamse Regering maakt werk van het moderniseren van de milieueffectenrapportage. Na de nodige adviezen wijzigt ze hiervoor opnieuw principieel het DABM en verschillende andere decreten.

Het ontwerpdecreet zet sterk in op de kwaliteit en vereenvoudiging van de milieueffectenrapportage. Minister Demir wil de rechtsonzekerheid, die op dit moment bestaat, wegwerken. De milieueffectenrapportage moet zich in de toekomst dus richten op de essentie. Het ontwerpdecreet probeert hiervoor de vele bestaande onduidelijkheden weg te werken.

Krachtlijnen ontwerpdecreet

  • samentrekken van de Vlaamse regelgeving en Europese m.e.r.-richtlijnen. Er is alleen een m.e.r. nodig in de gevallen bepaald door de m.e.r.-richtlijnen. Er zal 1 lijst van m.e.r.-plichtige initiatieven en 1 lijst van projecten die m.e.r.-screeningsplichtig zijn.

Voor andere plannen, programma’s, projecten of beleidsvoornemens kan de aanvrager steeds vrijwillig een MER opmaken.

Een initiatief dat onder de Europese richtlijn valt, moet altijd een m.e.r.-screening ondergaan die uitwijst of er een volwaardige MER nodig is. Hierdoor verdwijnt dus de enige m.e.r. die momenteel nog voorafgaand en volledig los van de vergunningsprocedure verloopt.

Een milieueffectrapportage en de opmaak van een MER zijn verplicht als uit een beperkt onderzoek blijft dat er mogelijks aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn.

  • schrappen juridisch bindend karakter richtlijnenboeken
  • hergebruiken van informatie uit eerdere/andere rapporten. Op dit moment is daar geen flexibiliteit in.
  • omvormen van de team Mer tot een Expertisecentrum MER bij de Vlaamse overheid. Kennis wordt zo breed mogelijk gedeeld. Zo gaat expertise niet verloren en krijgen lokale besturen voldoende bijstand.

Het voorontwerp van wijzigingsdecreet gaat nu voor advies naar de Raad van State.