Vraag: Regelt het DABM de invordering van een bestuurlijke dwangsom opgelegd door de lokale toezichthouder milieuhandhaving?

Antwoord: Neen, artikel 177 Decreet Lokaal Bestuur regelt de invordering op gemeentelijk niveau.

Op gewestelijk niveau wordt daarentegen de inning en de invordering wel geregeld in artikel 16.5.1 e.v. DABM, wat voor vele omgevingsambtenaren en (inter)lokale toezichthouders milieuhandhaving verwarrend is.

De memorie van toelichting van het ontwerp van het decreet tot wijziging van titel XVI DAMB in 2013 stelt dat een bijkomende rechtsgrond voor de invordering op gemeentelijk niveau niet noodzakelijk is en verwijst naar (oud) artikel 94, 2° lid 2 Gemeentedecreet (heden artikel 177 Decreet lokaal bestuur). Artikel 177 Decreet Lokaal Bestuur regelt namelijk de invordering van de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schulden, zoals dwangsommen, door de gemeente (MvT, Parl. St. Vl. Parl., 2013-14, nr. 2197/1):

“Artikel 94 van het Gemeentedecreet regelt de invordering van bepaalde schulden op gemeentelijk niveau en is daardoor een afspiegeling van de invorderingsbepalingen van het gewestelijk niveau in de artikelen 16.5.1 en volgende van het DABM. Het is belangrijk om de inhoudelijke regeling rond de bestuurlijke dwangsom te scheiden van de procedure tot inning ervan. Met de inhoudelijke regeling wordt bedoeld welke personen in welke gevallen een dwangsom mogen opleggen. De invorderingsprocedure bepaalt hoe een overheid verschuldigde kosten int en welke procedure gevolgd wordt bij niet betaling. Zoals reeds eerder gezegd bevat het DABM in artikel 16.5.1 de invorderingsprocedure voor het gewestelijk niveau. Een verwijzing opnemen in het DABM naar de gemeentelijke invorderingsprocedure geeft mogelijk aanleiding tot discussie, bijvoorbeeld wanneer artikel 94 van het Gemeentedecreet zou worden aangepast.”

De inning en de invordering van een bestuurlijke dwangsom op gemeentelijk niveau i.h.k. milieuhandhaving gebeurt dus volgens de algemene bepalingen van het Decreet lokaal bestuur (artikel 177 Decreet Lokaal Bestuur).

De inhoudelijke regeling en de rechtsgrond voor de bestuurlijke dwangsom zelf (artikel 16.4.10 ev. DABM en artikel 60/1 ev. Milieuhandhavingsbesluit) is dan ook te onderscheiden van de procedure tot inning en invordering ervan.

Meer over de concrete invordering vinden klanten op deze pagina van Schulinck Omgevingsrecht.

Wilt u direct antwoord op uw vragen?

Met een abonnement op Schulinck Omgevingsrecht krijgt u binnen 48u een juridisch onderbouwd, praktisch antwoord.

Ontdek het zelf via onze database. Nog geen abonnement? Vraag dan snel een demo aan!