Sinds begin januari zijn de geactualiseerde kaarten en procedures in het kader van de watertoets van kracht. De watertoets blijft een belangrijk instrument om bij vergunningen steeds voldoende aandacht te hebben voor het watersysteem en de impact van (mogelijke) overstromingen.

Advieskaart watertoets

De actualisatie komt er naar aanleiding van de Blue Deal. Met deze Blue Deal besliste de Vlaamse regering om de watertoets uit te breiden naar een bredere, integrale watertoets. Het doel is om mogelijk te maken dat de vergunningverlenende overheid meer informatie krijgt. Zo kan ze een betere afweging maken met betrekking tot verharding of ontharding en hemelwateropvang/-buffering (vb. oplossingen zoals een wadi om extra water in op te slaan).

De nieuwe “advieskaart watertoets” geeft eenduidig en op perceelsniveau aan of en aan welke instanties advies moet gevraagd worden. Dit advies is dan nodig met betrekking tot de watertoets bij een plan of vergunning. Deze kaart kan men elektronisch raadplegen op www.waterinfo.be/watertoets. Deze meer verfijnde afbakening van de overstromingsgebieden geven een beter zicht op de concrete toestand op perceelsniveau.

Hiermee is ook de adviespraktijk verder verfijnd. Zo kan de vergunningverlenende of planopmakende overheid het advies steeds aan de juiste waterbeheerder vragen. Het doel van deze actualisatie is het mogelijk maken om meer gericht rekening te houden met onder andere overstromingen bij vergunningen en planprocessen.

De impact van klimaatverandering heeft de Vlaamse regering bovendien mee opgenomen in het kaartmateriaal. Dit heeft een positieve impact op een klimaatrobuuste ontwikkeling en vergunningverlening. Zo kan men rekening houden met toekomstige potentiële overstromingen. Dit laat overigens toe om nieuwe bouwtechnieken te gebruiken met het oog op deze mogelijke overstromingen.

Waterparagraaf

Het resultaat van deze watertoets neemt de vergunningverlenende of planopmakende overheid dan op in de vergunning of in de goedkeuring van het plan of het programma. Dit is de zogenaamde “waterparagraaf”. Via een omzendbrief zal de Vlaamse regering meer duiding geven over hoe men hiermee in de praktijk moet omgaan.

Goed om te weten

De nieuwe kaarten en het daarop gebaseerde advies van de verantwoordelijke waterbeheerder (op basis van de advieskaart watertoets) hebben geen impact op de vergunbaarheid van een project. De kaarten zijn slechts ondersteunend en informatief voor de watertoets. De uiteindelijke beslissing over de watertoets ligt bij de plannende of vergunningverlenende overheid. Deze kan met een grondige motivering alsnog afwijken van dit advies.

Overstromingsgevoeligheid

De nieuwe kaarten zijn opgemaakt per overstromingsbron, met als doel om een betere informatieplicht te verkrijgen. De verdeling in ‘effectief’ en ‘mogelijk’ overstromingsgevoelig valt hiermee ook weg. De geactualiseerde kaarten met overstromingsgevoelige gebieden maken volgend onderscheid:

  • overstromingen van de zee als gevolg van stormopzet (kust)
  • overstromingen door rivieroverstromingen (fluviaal)
  • overstromingen door intense neerslag (pluviaal)

Door een aparte kaart op te stellen voor elk van de 3 overstromingsbronnen kunnen zowel aanvrager als vergunningverlenende overheid voortaan met nog meer precieze informatie werken.

Overstromingsscore A tot D

De vorige watertoetskaart bepaalde de overstromingsgevoeligheid voor het gebouw en het bijhorend perceel in zijn geheel. De nieuwe kaart bepaalt dit veel exacter. Het gebouw en het perceel krijgen elk een eigen en aparte overstromingsscore.

Percelen en gebouwen zullen op basis hiervan in 4 klassen worden ingedeeld (A, B, C of D). Klasse A is daarbij de laagste klasse (minste kans op overstromingen) en klasse D is de hoogste klasse (middelgrote kans op overstromingen).

Bij de bepaling van de overstromingsgevoeligheid van een gebouw of perceel modelleert men de kans op overstromingen onder het huidige klimaat en onder de klimaatverandering tegen 2050. De overstromingsbron die op basis van deze modellering het meeste zal voorkomen, zal vervolgens in de watertoetskaart worden opgenomen.

Voor gebouwen geeft de score de overstromingsgevoeligheid van elk gebouw groter dan 25 m2 weer, met inbegrip van een bufferzone van 1 meter rond de buitenkant van het gebouw. De perceelscore kan nooit lager zijn dan de gebouwscore.

Overige aanpassingen

Naast deze geactualiseerde watertoets zijn er nog een aantal andere wetswijzigingen doorgevoerd. Zo zijn er enkele tekstuele aanpassingen door het verdwijnen van het onderscheid tussen mogelijk en effectief overstromingsgevoelige gebieden. Naast de geactualiseerde watertoets en de informatieplicht is de vrijstelling van vergunning voor onthardingen uitgebreid. Dit kadert ook in de zogenaamde Blue Deal.